dinsdag 26 augustus 2008

Praktische info

Omdat sommige hiernaar vroegen:

Zaterdag 30 Augustus in Almere (Holland). Start is om 7.30 u en ik moet binnen zijn voor 22.30 u (en het zou mij ten stelligste verbazen mocht ik veel vroeger aankomen).

maandag 18 augustus 2008

RIP Lassie

Ondertussen is het al even geleden dat ik nog eens een berichtje heb achtergelaten op mijn blog. Ik zou kunnen beweren dat dit is omdat ik te veel werk heb, te hard aan het trainen ben en geen moment tijd vindt om iets te schrijven. Maar dat zou wat te doorzichtig zijn. De echte reden is dat mijn hond met wie ik een heel emotionele band had juist gestorven is tijdens het redden van twee siamese weesjes, waarvan één met slechts één arm, uit een brandend huis en dat ik dit eerst moest verwerken voordat ik door kon gaan met de rest van mijn leven (dit klinkt ongetwijfeld stukken geloofwaardiger, maar ondertussen is toch iedereen al vergeten dat het inderdaad al even geleden is dat ik nog eens iets geschreven had).

De voorbereidingen voor de triathlon zitten in de laatste rechte lijn. Vandaag nog een redelijk zware zwem en loop training en morgen (disndag) de climax met de zwaarste training uit de afgelopen weken. Vanaf dan is het stillekes aan terug afbouwen. Waarom morgen de zwaarste training? Omdat mijn coach Paul van Den Bosch dit zegt (voor diegene die hem niet kennen, hij is trainer van topalthleten zoals Sven Nys (waarschijnlijk de enige belg die een medaille gaat halen op de olympische spelen), Luc Van Lierde, Marc Herremans, Mario Aerts en ik, toegegeven, hij weet dit zelf niet, het is enkel omdat ik zijn trainingschema's en advies probeer te volgen die in zijn boek of op het web staan). Volgens de theorie (en in de veronderstelling dat ik het goed gesnapt heb, maar wie twijfelt daar aan) van supercompensatie zou het zo zijn dat als ik een inspanning doe, het effect ongeveer 11 dagen later zal optreden (simplistisch verwoord, in het echt is het een uitleg met heel wat medische termen en een spannend verhaal over spieren die worden vernietigd en zich gaan bewapenen tegen toekomstige training offensieven). En (zoals de intelligentere lezers onder jullie al lang door hebben) dit wil dus zeggen, dat als ik morgen (nog steeds dinsdag) nog eens goed train ik exact op de dag van de race daar de voordelen van ga ondervinden. Vanaf woensdag hebben zware trainingen toch geen zin meer want het effect komt te laat. Dus een ritme zoals in de examen periode aanhouden (alles uitstellen en dan de week voor het examen als paniek reactie nog (te) veel moeten doen omdat je te laat in actie bent geschoten) heeft geen zin.

Nu betekent dit dus niet dat ik vanaf dan helemaal niets meer moet doen. Mijn lichaam mag niet lui worden op de resterende tijd (en ik kan niet anders dan toegeven dat mijn lichaam die neiging zeer snel heeft) en moet dus nog af en toe geprikkeld worden. Daarom dat ik stillekes aan moet afbouwen. In de eerste plaats het trainings-volume maar ook de intensiteit van de trainingen (ik moet met andere woorden minder diep gaan). Voor de rest is het de bedoeling dat ik veel rust. Concreet wil dit zeggen (ook dit staat in detail uitgelegd in het boek van mijn coach) dat ik veel tv moet zien, zeker geen huishoudelijke taken mag doen (hebben een negatief effect op de geleverde trainingen en daarenboven heb je meer kans op blessures, denk maar aan de rug die geblokkeerd kan geraken bij het afwassen met een te lage pompbak) en niet te vroeg mag op staan (om genoeg slaap te hebben, vroeger gaan slapen heeft om verschillende redenen, maar daar ga ik niet over uitwijden wegens te technisch, minder zin).

Voor de rest moet ik nog een paar keer oefenen op de wissels, zien in welke volgorde ik mijn kledij aantrek (kwestie van niet eerst je schoenen en dan je sokken aan te trekken) en zijn er nog heel wat praktische zaken af te handelen. Zo moet mijn fiets nog eens grondig gekuist worden (geen overtollige kilo's zand mee nemen, checken op dichtslippende remblokjes en blokkerende dynamo...) moet ik nog een zwembrilletje gaan halen, zien dat ik de juist drank en gellekes heb en dan alles beginnen klaar te leggen (en dubbel checken of ik alles wel bij heb).

Voor de taal-puristen en leerkrachten Nederlands onder jullie. Ik heb deze keer toch maar eens een korte check op spellingsfouten gedaan. Bij overgebleven fouten zullen we het maar houden op dichterlijke vrijheid.

vrijdag 1 augustus 2008

Is iets serieus

Deze keer eindelijk eens een serieus berichtje over hoe ik nu aan het trainen ben. Om aan te geven dat ik toch wel mijn best doe heb ik eens bijgehouden wat ik vorige week allemaal uitgespookt heb. Hieronder volgt dus,big-brother gewijs (voorzien van de nodig visuele ondersteuning), het relaas van mijn sportinspanningen.

Maandag 21 Juli

Vandaag was het een dag congé (vive la belgique om het op zijn Frans te zeggen, voor diegene die het trouwens nog niet doorhadden, u hebt hier te maken met een echte polyglot), dus kon ik overdag in de Ardennen (Spa) gaan mountainbiken. 3,5 uur in de plassen gaan spelen (het regende nogal stevig) met hier en daar een beklimming, ideaal om de week in te zetten.

Eenmaal thuis gekomen, ben ik nog 1,5 gaan bij trainen op de rollen (aangezien het nog steeds regende, leek mij dit een plezantere optie dan buiten te gaan lopen). Voor diegene die niet weten hoe het er aan toe gaat op de rollen. Ik begin altijd met 20 minuten op te warmen. Naast het opwarmen dienen deze 20 min. eveneens om het fietsen op souplesse te trainen. Dit is bij mij zeker nodig omdat ik van nature uit (of eerder omdat ik dit in al mijn onwetendheid jaren lang zo gedaan heb) een stoemper ben. Een stoemper is een fietser die altijd met een veel te grote/zware versnelling rondrijdt (of om nog meer mijn kennis van het wielerjargon hier te etaleren, iemand die steeds rondrijdt op een te groot mes) Je ligt zwaar te duwen op de pedalen in plaats van mooi rondjes te maken (het is immers niet voor niks dat ze de kettingbladen rond maken, ok, voor de puristen, er bestaan ook ovale kettingbladen, sommige renners van CSC rijden er reeds met, onder andere Carlos Sastre, en niet alleen op zijn gewone wegfiets maar ook op zijn tijdrit fiets, men zegge –en hiermee bedoel ik dan die wielerfreaks die eindeloze discussies kunnen voeren op allerlei websites gaande over wielrennen en zich dus bezighouden met het lezen van artikels over ovale kettingbladen - dat deze ovale kettingbladen mee verantwoordelijk zijn geweest voor het minimale tijdsverlies dat Carlos heeft geleden in de tijdrit en hierdoor –je voelt hem al aankomen- dus ook den Tour heeft gewonnen, maar dat zou ons te veel off-topic lijden, het draait hier immers om mij en niet zo een onbeduidend coureureke die eens een koers heeft gewonnen).

Kortweg samen gevat, in plaats van te stoepen moet ik dus meer flyeren en net daarvoor dienen die eerste twintig minuten bij een sessie op de rollen. De bedoeling is dat er wordt gereden met een hartslag die ligt tussen de 146 en de 153 slagen per minuut. Voor diegene die dit thuis willen proberen (wees gerust er komt geen don’t try this at home preek), deze hartslag zones zijn persoonsgebonden en worden best bepaald door een sportmedisch onderzoek. Tevens moet er een trapfrequentie van boven de 100 (liefst bijna 110) rondjes per minuut worden gehaald. Je kunt het best vergelijken door eens een veel te lage/lichte versnelling te kiezen en enkele kilometers zo rond te fietsen, alsof je de hele tijd doortrapt.

Na de 20 minuten opwarming komen de intervallen. Bij een sessie van 1,5 uur zijn het zeven intervals, telkens van vijf minuten. Tijdens zo een interval moet je zien dat je de inspanning gaat opdrijven (door een zwaardere versnelling en/of meer weerstand op de rollen) zodat je hartslag tussen de 176 en 179 ligt. De trapfrequentie moet dalen tot 50-70 omwentelingen per minuut. Na de vijf minuten is het twee minuten recupereren (lichte versnelling en lage weerstand en vooral drinken, drinken en drinken). Deze intervallen zijn echt afzien want je bent echt een zware inspanning aan het doen en dan zijn vijf minuten héél lang.

Tot slot is het nog 20 minuten lostrappen door eigenlijk hetzelfde te doen als bij de opwarming.


Op de rollen

Op de rollen in close-up


Toch maar is proberen te lachen naar de camera

Dinsdag 22 juli

Dinsdag tijdens de middag 45 minuten gaan zwemmen. Deze zwemtraining ziet er als volgt uit.
  • Beginnen met 100 m. los (gewoon wat opwarmen).
  • 2 x 50 meter climax. Wat wil zeggen dat je de 50 m rustig begint en altijd maar harder en harder gaat zwemmen zodat de laatste slagen van de 50 m echt sprinten is. Tussen de 2 sessies is 30 sec rust.
  • Terug 100 meter los.
  • 400 meter tegen tempo 2. Dit tempo wordt long slow distance genoemd. In mijn geval moet dit ongeveer in 8 min 26 sec gebeuren.50 m los.
  • 2 x 200 m. met 30sec rust ertussen. De eerste is in tempo 3 (extensieve duurtraining) wat zoveel wil zeggen als goe gas geven maar niet vollen bak (ongeveer 3min 50 sec voor de 200 m). De tweede sessie is in tempo 4 (intensieve duurtraining) Er bestaan dus maar vier tempo’s, wat dus zoveel wil zeggen als volle petrol (3 min 40 sec).
  • 50 meter los.
  • 4 x 100 meter met telkens 20 sec. recuperatie. Sessie 1 en 3 is tegen tempo 3, sessie 2 en 4 tegen tempo 4.
  • 150 meter los (cool-down).

Van het zwemmen in de wezenberg zijn geen foto's. Ik heb wel enkele foto's van een training in open-water.

Den truk met de plastieke zak

Mijn enige actie foto tijdens het zwemmen (zie eens naar die hoge elleboog, mooi toch al zeg ik het zelf)


Oeps

Normaal doe ik dinsdag avond een lange fiets training (3,5 uur), maar aangezien ik maandag reeds veel gefietst had (en omdat ik nog een pintje ging pakken, of in mijn geval enkele ace tropicals, echte multivitamietjes) is dit beperkt gebleven tot 2 uur fietsen. Gewoonlijk fiets ik tijdens de langere training tochtjes op de weg, langs één of ander kanaal. Voordeel daarbij is dat je niet heel den tijd moet uitzien naar het verkeer of moet afremmen voor rode lichten. Je kunt je daardoor dus concentreren op een hoge trapfrequentie en op je hartslag. Nadeel is dan wel dat het uitzicht voor uren hetzelfde blijft (buiten hier en daar een occasionele visser, die om de één of andere reden altijd voorzien is van zo een keffend achterna hollend hondje, terwijl ik uit ervaring weet, dat het bij vissen toch juist stil moet zijn, anders gaan de vissen lopen).

Fietsen langs de kaai




Een poosje later (zoek de 7 verschillen)

Woensdag 23 Juli

Woensdag is het tijd om de batterijen nog op te laden. Woensdag is immers meestal mijn recuperatiedag. Het enige dat ik dan doe is een recuperatietraining zwemmen. Deze is redelijk eenvoudig. 200 meter opwarmen. 10 x 100 meter met telkens 30 sec. rust. De 100 m moet telkens in tempo 1 afgelegd worden (1 min 57 sec, je haalt nog net de zwalpende bomma’s in). dan eindigen met 100 m trappelen met een plankje en 100 m los zwemmen.

Donderdag 24 Juli

Donderdag is het gewoonlijk de zware zwemtraining. Na het werken ga ik dan de volledige afstand (3.8 km) zwemmen. Gewoon verstand op nul en baantjes tellen tot ik er 76 heb gedaan. Hier doe ik ongeveer anderhalf uur over. Aangezien je eigenlijk maar 1 uur en 45 min in de wezenberg mag binnen zijn, is het telkens alles geven bij het omkleden om nog tijdig buiten te geraken. Ik heb mij ook al verschillende keren afgevraagd wat er zou gebeuren indien je nu enkele minuten te laat buiten zou zijn, maar tot nu toe ontbreekt mij telkens de nodige portie lef om dit eens uit te testen. Na het zwemmen goed eten en dan nog 2 uur gaan lopen. Het lopen gebeurde tegen een niet te traag, niet te snel tempo (hartstalg 130-145) met enkele intervallen van 4 minuten waar ik mijn hartslag verhoog tot 170-175.

Vrijdag 25 Juli

45 min zwemmen (gelijkaardig aan de training van dinsdag maar enkele oefeningen die zich meer op techniek richten en enkele op kracht). S’avonds nog 1,5 uur op de rollen en 1,5 uur lopen.

Zaterdag 26 Juli

Super warm vandaag dus overdag lekker in het zonnetje gaan fietsen (3,5 uur) en erna nog een uur en een kwart gaan lopen (intensieve duurtraining, dus heel den tijd aan een hoog tempo, zoveel mogelijk hartslag boven de 165 te houden).

Zondag 27 Juli

De week afgesloten met 1,5 uur op de rollen en 1,5 uur gaan lopen.

Totaal

Vorige week heb ik in totaal 23,5 uur getraind. Dit is echter een beetje een vertekend beeld want er was 1 dag extra verlof. Van die 23,5 uur heb ik 3 uur en 45 minuten gezwommen, heb ik 6 uur en 15 minuten gelopen en 13 uur en half gefietst.

Extra

Buiten het effectief sporten zijn er jammer genoeg nog extra dingen aan het trainen. Eén van de minst plezante dingen aan het sporten vind ik persoonlijk het stretchen. Dat is er echt altijd te veel aan. Je komt goed bezweet thuis en eigenlijk wil je zo snel mogelijk iets drinken en den douche inspringen maar dan moet je nog eerst 10 min afzien (want volgens mij bestaat er echt niemand die plezier schept in stretchen).


Let vooral op het plezier dat vooral van mijn gezicht druipt

Naast het stretchen moet er dus ook gedouched worden. Aangezien je gewoonlijk na het zwemmen een douche neemt en na het lopen en/of fietsen nog eens doe ik dit dus meestal tot twee maal per dag en dat komt soms mijn strot uit (weer uitkleden, alles schrobben, zien dat alles proper is ook jeweetwel, afdrogen terug aankleden).

Deze foto toch maar gecensureerd

Tot slot moet er ook veel gegeten worden. Sinds ik op mijn sportersdieet sta, was ik wel wat kilo’s afgevallen. Dit was echter iets te veel naar mijn goesting. Al een chance dat ik regelmatig tips rond voeding krijg van Nissim, collega it’er, specialist bananen fretten. Hij gaf me de wijze woorden: gij moet nog veel meer banen verorberen en s’avonds laat nog nen extra spagetti achter de kiezen steken. Gevolg is dus dat ik van s’morgens tot s’avonds van alles in mijn kas aan het steken ben (tot die mate dat mijn kaak en hap spieren reeds over ontwikkeld beginnen te geraken, volgens mij kan ik nu moeiteloos een blik bruine bonen met blik en al naar binnen steken, dat zien ik Popey zelf niet doen).



Mijn collega's lachen mij al uit met mijn eigen recyclage park



En als dit gene reclame had kunnen zijn voor vittel

vrijdag 25 juli 2008

Oops, I did it again...

Een belangrijke trainingen om af en toe eens te doen is de brick-training. Dat wil zeggen dat je eerst één discipline doet om vervolgens snel (zonder eerst een half uur uit te rusten) de volgende discipline traint. Dit is vooral bedoelt om je spieren (of veredelde pezen in mijn geval) te laten wennen aan de overgang. Eigenlijk bestaan er dus twee soorten brick trainingen. De eerste is beginnen met zwemmen om direct daarna te gaan fietsen. Deze heb ik nog niet echt gedaan (of je moet het naar huis fietsen na het zwemmen mee tellen, wat neer komt op 15 min fietsen, bwaa laten we stellen dat dit niet voldoende is). De andere brick-training is eerst fietsen en vervolgens lopen. Deze heb ik al meerdere malen gedaan. Regelmatig ga ik eerst een uurtje-anderhalf uurtje op de rollen fietsen om vervolgens te gaan lopen voor anderhalf uur. Den truck is natuurlijk zo snel mogelijk na het fietsen gaan lopen (anders heeft het geen zin). Ik moet zeggen dat dit echt een vettig effect heeft. Je lichaam heeft juist een uur in een houding gezeten waar je benen een hoek vormen van ongeveer 70-90 graden t.o.v. je romp. Vervolgens moeten je benen (tijdens het lopen) in rechte lijn t.o.v. je romp hun werk doen. Je voelt die echt tegenspartellen: allé laat ons nu terug in een hoek van 90 graden zitten. Gevolg is de eerste vijf minuten als ne kreupelen door de straten hossen tot de benen doorhebben dat ik er toch niks aan ga veranderen om dan maar gewoon mee werken. En dat is dus al na een uurtje fietsen, wat gaat dat geven na de 180 km, ik ben benieuwd.

Je moet wel voor één ding opletten bij deze brick-sessions. Deze week had ik zo een sessie gehouden. Eerst een uurt op de rollen en vervolgens mij zo snel mogelijk in mijn loop outfit hijsen om te gaan lopen. Bij het vertrekken (in mijn obsessie om een zo snel mogelijke omkleed-tijd neer te zetten) vroeg Eve zich echter af of ik echt van plan was om in mijn onderbroek op straat te gaan joggen. Dus opletten dat je wel degelijk alle kledingstukken hebt aangetrokken alvorens te gaan joggen (al heeft Britney daar ook geen last van).

Ik kan trouwens niet beweren dat ik in de omgekeerde situatie Eve er op had gewezen, dus bij deze toch ne kleine merci...

vrijdag 11 juli 2008

En, wat hebben we vandaag geleerd?

Gisteren weer enkele lessen op de harde manier, met andere woorden proefondervindelijk, geleerd. Na het werk nog gaan zwemmen. Eén keer per week probeer ik de volledige afstand te zwemmen en dat was dus gisteren. Aangezien dit wel eventjes duurt ben ik dan ook wat later thuis en heb ik grote honger. Gevolg: als een wilde ben ik tekeer gegaan op een bord groentjes, wat boterhammen en soep (je kent dat wel, nog voor je mond, die je juist hebt vol gestouwd met groentjes, leeg is er toch al enkele lepels soep en enkele happen boterham proberen bij te proppen, ondertussen ben je dan verplicht via je neus te ademen, want veel lucht gaat er niet meer bij. Dit blijf je herhalen tot je echt wel verplicht bent wat gas terug te nemen wegens het buiten adem geraken, waarna je eventjes moet uithijgen. Eens je terug op adem ben gekomen, kun je weer een serieke neer zetten. Eigenlijk is dit een soort interval-eet-training. Volgende keer toch eens proberen te doen met hartslag-meter...). Na het eten wou ik nog een uurtje gaan lopen, maar het weer leende zich daar niet direct toe (het was immers weeral zwaar aan het regen). Eens gedaan met eten, merkte ik echter dat het juist was gestopt met regenen. Naief als ik ben, dacht ik, dat indien ik snel vertrok, het wel een uurtje droog ging blijven. Resultaat: 5 min na mijn schrans-partij stond ik al in loop-outfit klaar om te vertrekken. Na 10 minuten lopen, zware krampen, blijkbaar kan een lichaam niet en lopen en eten verteren tegelijkertijd. Nog eens 20 minuten later, hoe kan het ook anders, begon het weer te regen. Tot zo ver mijn schamele poging om tussen twee belgische stortbuien door met volle maag proberen te lopen.

Om op zijn Piet Huysentruyt's (één van mijn idolen trouwens, hij is vooral schitterend als hij de stijfheid van zijn eiwit demonstreerd door de de kom omgekeerd boven zijn hoofd te houden, meesterlijk gewoon) af te sluiten: wat hebben we vandaag geleerd (eigenlijk gisteren al maar dan klopt de spreuk van Piet niet meer)?
  • Stap 1: de gemiddelde mond-inhoud is te klein om er en groentjes en boterhammen en soep in te steken.
  • Stap 2: ademen is ook tijdens het eten noodzakelijk, neem er je tijd voor.
  • Stap 3: wacht even tot je maag wat gekalmeerd is alvorens te gaan lopen.
  • Stap 4: twee opeenvlogende regenbuien in België, liggen nooit langer dan 30 minuten uit elkaar (al moet ik toegeven, dat deze statistiek zich baseerd op een steekproef bestaande uit 1 persoon, dus er kan wel een kleine foutmarge op zitten).

vrijdag 4 juli 2008

Cijfers en nutteloze vergelijkingen

Nog twee maand te gaan… Stillekes aan komt het dichterbij en af en toe komt het besef: “waar ben ik weer aan begonnen”. Zo nu en dan, tijdens het fietsen (als ik langs een eindeloos kanaal fiets), of het zwemmen (de zoveelste keer langs dat zelfde baantje) begin ik dan wat te rekenen en te vergelijken.

Voor het zwemmen, moet ik 3.8 km afleggen. Dat komt dus neer op 76 baantjes in de wezenberg of 152 baantjes in een 25 meter zwembad. Mocht het lange afstand badkuipzwemmen een officiële olympische discipline zijn (en geef toe het zou toch aantrekkelijke televisie opleveren), zou dit willen zeggen dat ze 2100 keer heen en weer moeten zwemmen. Anderzijds is het slechts 1/9 van de afstand die iemand aflegt als hij het kanaal overzwemt, klinkt al direct een stukje minder ambitieus. Eergisteren zei nog iemand tegen mij: “amai gij gaat den triathlon mee doen, dat begint toch met 80 km zwemmen hé”. Als ik hem vervolgens moest corrigeren met te zeggen dat het ‘slechts’ 3.8 km is, klonk dit toch wel wat nietiger.

Het fietsen valt te vergelijken met van bij mij tot in Leuven en terug te fietsen, om vervolgens toch nog eens snel heen en weer te gaan. Even ver als 360 keer naar de Pita zaak om mijn hoek, 36 keer de afstand die ik naar mijn werk afleg en 180 keer de golflengte van een radiogolf met een frequentie van 300 MHz.

Het lopen komt overeen met ongeveer 420 keer de lengte van een voetbalveld. Papillon (voor diegene die hem niet kennen, dat is dieë gast die een tijdje in het gevang heeft gezeten, van alles heeft kunnen binnen smokkelen door het op een wel heel delicate plek te verstoppen en vervolgens nog ontsnapt is ook, bij dezen is ook direct duidelijk welk deel mij het meest is bijgebleven) zou 1050 keer heen en weer in zijn isoleercel hebben moeten lopen (zijn favoriete hobby, niet dat er veel concurrentie was van andere hobby’s want bij mijn weten was hij nu net vergeten zijne gameboy binnen te smokkelen) om dezelfde afstand te bereiken.

Het omkleden (wordt wel eens de vierde discipline bij een triathlon genoemd) zal dan weer 10 keer sneller moeten gebeuren als bij de gemiddelde oerdegelijke Vlaamse vrouw (toegegeven, ik moet dan ook niet checken of er ladders in mijn kousen zitten). Ten slotte hoop ik dit alles binnen de 15 uur te klaren. En dat komt ongeveer neer op twee volledige werkdagen of 30 afleveringen van Sara.

Ook het lezen van wedstrijd verslagen schept niet altijd vertouwen in een goede afloop. Blijkbaar moeten heel wat triatleten overgeven tijdens het lopen (kwestie van de maag die niet meer opgewassen is tegen al die zoete siroopkes en bananen). Krampen tijdens het zwemmen (lijkt mij ook niet direct de meest comfortabele situatie om in verzeild te geraken), bij de aankomst aan den baxter moeten hangen wegens uitputting en pech tijdens het fietsen (en bij den triathlon moet je echt zoals in de jaren 1900 nog u eigen depanneren, dus zelf nog een band versteken, ketting repareren, de smid opzoeken bij het afbreken van je zadel…).

Maar ik heb deze middag toch maar een lekker slaatje gegeten met een overheerlijk 7 granen broodje erbij. Zonder mayonaise!!!!!

maandag 16 juni 2008

Hup Holland Hup

De Hollanders nooit onderschatten. Dit zou het begin kunnen zijn van een uiteenzetting over het EK voetbal. In mijn geval, moet ik het lichtjes aanpassen naar: onderschat nooit de Hollandse wegen. Tot voor kort heerste bij mij de gedachte dat je niet in Nederland moet gaan fietsen want alles is daar biljart-vlak en er valt daar dus geen f*** te beleven op fiets-gebied. Dit moet ik bij deze na de voorbije zaterdag rechtzetten.

Vorige zaterdag heb ik immers mee gedaan aan de cyclo-sprint Imes classic (onderdeel van de lotto-cycling tour dewelke eveneens de ronde van Vlaanderen en Tilff-Bastogne-Tilff organiseren, voor de kenners onder ons). De afstand was 180 km, dus een perfecte voorbereiding voor de triathlon. Eens te meer omdat het parcours grotendeels over Nederlandse bodem liep (en dus in mijn gedachte buiten hier en daar een hellinkje, alles perfect vlak was). Bwaa, viel dat tegen, er was echt geen meter vlak. Als het geen helling was (in totaal waren er 15 hellingen waaronder de Cauberg en de Eyserbos, eveneens voor de kenners, de bekende bergjes van de Amstel Gold Race) was het wel vals plat en dat voor kilometers. Buiten dat was het nog eens goed aan het regenen zelfs tot hagelen toe en was het precies héél den dag wind op kop (dit zal waarschijnlijk wel inbeelding zijn aangezien je theoretich gezien bij het rijden in een cirkel evenveel wind op kop als wind mee hebt, maar zaterdag was het volgens mij één van de uitzonderingen op de regel). Ok, het feit dat ik zo veel last had van die wind op kop, was omdat ik hardnekkig weigerde om in een peletonnetje mee te rijden (en dus nooit even beschut zat), aangezien dit een training was voor de triathlon en daar mag je niet stayeren (vrij vertaald, in iemand zijn wiel zitten/rijden, wieltje zuigen, wieltje plakken, linkeballen,...).


Ik vroeg mij trouwens (net zoals de meeste mensen) af hoe het komt dat je in de Amstel Gold Race vooral de klimmers (de Luik-Bastenaken-Luik types) hebt die daar goed presteren en dat de helden van de Ronde Van Vlaanderen daar meestal niks te zoeken hebben. Dit terwijl een koers in Nederland toch niet zo zwaar kan zijn. Ook hier heb ik nu dus een antwoord op gekregen

Voor de zaterdag had ik mijn fiets geprepareerd om op de baan te fietsen. Mijn fiets is namelijk een mountainbike (scott scale 30 hardtail, xtr groep, rock shock reba extra light voorvork) en zoals bij de meeste mountainbikes stonden er gigantische toppenbanden op (geeft wel zo een lekker ratelend rolgeluidje als je met deze banden op de weg fiets, nadeel is natuurlijk dat je veel meer weerstand hebt aangezien mountainbike banden een slordige 30 keer breder zijn dan de doorsnee wegband). Verder had ik ook een triathlon stuur gekocht en deze gemonteerd op mijne velo. Toen ik zaterdag aan de tocht begon met mijn vers geprepareerde fiets reed ik het eerste uur vlotjes (ver onder mijn ideale hartslagzone) tegen 30-35 km/uur. Ik dacht direct dat al het sporten de laatste maanden eindelijk zijn vruchten begon af te werpen en ervoor hadden gezorgd dat ik gewoon super benen had. Op de eerste bevooradingspost moest ik dit meteen herzien. De controle post zou volgens het routekaartje van de tocht op 50 km liggen terwijl ik 60 km op mijn teller had staan. Toen viel mijne frank dat bij het overschakelen van de mountainbike banden naar de dunne koersbandjes ik ook mijn fietscomputer (ik zeg nooit fietscomputer, maar ik wist eigenlijk niet goed hoe je kilimetrique moest schrijven) had moeten aanpassen. Dat was op dat moment wel een tegenvaller.

Voor de rest is het relatief vlot gegaan en al bij al dus een héél mooi en uitdagend parcours en dus ook een goede training.

Voor al mijn fans en stalkende vrouwen (en ik moet zeggen, dat jullie dit zeer subtiel doen, ik merk amper dat jullie er zijn), heb ik een foto toegevoegd die door de organisatie is genomen (je ziet het niet goed, maar dit is op 1 van die 15 hellingen, maar dat pakt nooit goed op foto, ik moet ook toegeven dat ik in de verte de man met het foto-toestel zag staan en net zoals volgens mij 90% van de fietsers doen op dat moment uit het zadel ben gekomen, recht op de trappers, een frisse kop trekken en vooral doen alsof de helling slechts een molshoop is).


donderdag 5 juni 2008

Pita Athene met veel looksaus zonder groentjes

Iedereen maakt ze wel eens: goede voornemens. Bij het starten van mijn triathlon missie heb ik er ook enkele moeten maken. Buiten het meer sporten wat logischerwijs hoort bij het trainen voor een triathlon waren er ook enkele minder plezante.

Het eerste voornemen was gezonder eten.Even kort schetsen hoe mijn eet (en drink) patroon er vroeger (en grotendeels nog steeds) uit ziet. Ik wil beginnen met het belangrijkste: ik eet héél graag vlees (sorry voor de vegetariers, veganisten, fruitarieërs -die bestaan dus daadwerkelijk- enz. onder ons maar ik wordt nu eenmaal niet emotioneel geraakt door de gedachte dat wat op mijn bord ligt vroeger een lief lammetje was, een duifke dat vrolijk door de bossen dwarelde of een konijntje was dat samen met zijn vriendjes lachend door de velden huppelde, spaar je energie het pakt gewoon niet bij mij). Eveneens voor diegene die gewoon niet veel vlees eten uit gezondheidsreden: het kan mij eveneens niet schelen dat een curyworst (voor de Limburgers: frikandel) of een hamburger (de welgekende platte frikadel) bestaad uit 90% dierlijk en ander afval aangevuld met 10% vet (en nee, ik hoef niet mee te gaan naar een vlees fabriek, om het met mijn eigen ogen te aanschouwen).

Een ander onmisbaar onderdeel van mijn avondmaal is mayonaise. Ik eet bij zowat alles mayonaise (inclusief spagetti met tomatensaus). Ik vind mayonaise nu eenmaal een lekker kruid (en geen belediging voor de kok om dit bij het gerecht toe te voegen, een kok voelt zich toch ook niet beledigd indien je vraagt voor een extra snuifje zout of peper). Dit aangevuld met het feit dat ik niet graag groentjes eet, kan ik toch wel stellen dat mijn voedingspatroon niet nauw aansluit met de ideale voedingsbalans (je kent die tekeningeskes wel, de voedselpiramide met bovenaan in het topje een beetje vlees en onderaan een brede basis opgevuld met groentjes, die van mij zal ongeveer overeen komen met het spiegelbeeld daarvan).

Het drinken is naar mijn bescheiding mening toch iets beter: tot voor kort dronk ik bijna nooit water (mijn moeder denkt noch altijd dat ik geen water lust, bij deze...). Het enige dat ik dronk was melk (en liefst in de vorm van chocomelk). Sterke botten zal ik wel hebben, maar daar blijft het ook bij (alhoewel, kindjes moeten toch ook veel melk drinken om nog te groeien, ik kan wel zeggen dat dit bij mij niet veel heeft uitgehaald). Maar ondertussen kan ik met trots zeggen dat ik zoals alle grote mensen water lust!!!

De tijdstippen waarop ik eet zal ook niet echt als schoolvoorbeeld gebruikt worden in 'de afvallers'. Allereerst is er (wegens tijdgebrek, ik ga toch geen half uur vroeger op staan om mijn bokes op te eten) s'morgens geen ontbijt. Tegen elf uur toch al eens een chocolade koekje naar binnen steken om de eerste honger te onderdrukken. S'middags en s'avonds houd ik mij wel aan de voorgeschreven uren. Ten slotte is er zoals bij elk persoon met een gezonde eetlust nog de laat-avond snack. Deze blijft echter niet beperkt tot een chipje of een snoepke voor tv, maar durft regelmatig wel eens 'ne pita athene met looksaus zonder groentjes' zijn (dat is dan ook de schuld van de pitazaak bij ons om de hoek, waarom moest die zich nu zo dicht komen vestigen).

Nu is het de bedoeling dat ik stilletjes aan overstap op een 'dieet' van veel groentjes, water, fruit, magere youghourt, en veel koolhydraten (zou de lasagna van den Aldi ook meeteleen als koolhydraten). Hier zijn al verschillende door mezelf opgestelde deadlines vooropgesteld (en gepasseerd). Bij het aanvangen van het triathlon had ik mij voorgenomen om na een maand al gezonder te eten. Die deadline is steeds uitgesteld tot ik deze momenteel heb vastgelegd op begin Juli (dan heb ik toch nog twee maanden om mijn lichaam aan te passen, meer dan tijd genoeg zou ik zeggen).

Een tweede probleem is slaap. Ten eerste is het heel belangrijk om genoeg te slapen, want tijdens het slapen (of rust in het algemeen) worden je spieren uitgebouwd. Tijdens het sporten worden je spieren eigenlijk wat mishandeld. Terwijl je aan het rusten bent, gaan je spieren zich terug herstellen en bij dit herstellen ook bewapenen tegen de volgende inspanningen (en hierdoor krijg je dus meer spieren). Mijn groot probleem is het op tijd gaan slapen. Als we met wat vrienden iets gaan drinken (uiteraard enkel water voor mij) heb ik het steeds moeilijk om door te gaan voor de rest vertrokken is. Je weet maar nooit, misschien gebeurd er juist iets super plezant wanneer je al vertrokken bent. Dan heb je dit gewoon gemist en daar zou ik niet mee kunnen leven. Dus ik ga vaak redelijk laat slapen. Het gevolg is dat ik dan ook niet goed vroeg kan op staan. Ik heb mij al verschillende keren voorgenomen om voor het werk eventjes te lopen of te gaan zwemmen. Dit bedenk ik echter altijd s'avonds. De volgende morgen kom ik daar steeds op terug. Ik zal het morgen wel doen (nu nog eventjes blijven liggen).

Bij deze eindig ik, met een klein hartje en op straffe van publieke vernedering bij het falen: vanaf begin Juli zal ik op tijd gaan slapen en meer groentjes eten, beloofd...

zondag 25 mei 2008

Let's go swimming in the water,...

Woensdag voor het eerst 3 km gezwommen in de wezenberg!!!! Stilaan kom ik dichter bij de triathlon afstand (nog 800 meter te gaan). Vervolgens moet ik er nog voor zorgen dat ik niet als een volledig uitgeperste druif uit het water stap, maar nog voldoende energie heb om de rest (fietsen en lopen) aan te vangen.


Nu ik toch bezig ben met het bejubelen van mijn 'zwemprestaties', kort even schetsen hoe ik zover gekomen ben. Enkele maanden geleden (ik vermoed ergens in December), nadat ik mijn grootse plannen uit de doeken had gedaan aan mijn vriendin, ben ik begonnen met baantjes zwemmen. Aangezien ik over de wezenberg (50m zwembad in Antwerpen) werk, is dit gemakkelijk te combineren met mijn andere sporten. Ik kan gewoon tijdens de middag of vlak na het werk wat gaan zwemmen.

Het eerste probleem was om niet al schoolslag zwemmende maar al crawl zwemmende een paar keer de overkant van het zwembad te halen (voor de onoplettende onder ons: geen 25 meter maar wel degelijk een 50 meter zwembad, en wees gerust, dat was in den beginne nog een niet te overziene afstand). Met mijn welgekende 'zo-hard-mogelijk-trekken-en-sleuren-met-de-armen-maar-geen-meter
-vooruit-komen' techniek (er zal waarschijnlijk een nog technischere term bestaan voor deze stijl, maar deze ontgaat mij nu), bleek dit wel degelijk een opgave te zijn. Ik kon toen maar een 500 meter crawl doen, volledig uitgeput zijn en de volgende 500 meter in schoolslag moeten afleggen, om zo de scherpe tijd van 1 uur voor de volle kilometer neer te zetten.

Zoals een echte IT-er doet als hij met logistieke problemen kampt: ik direct gaan googelen naar de juiste crawl techniek. Zo kwam ik bij enkele lijstjes die getiteld waren: "meest voorkomende fouten bij het crawl zwemmen". Zonder schroom kan ik zeggen dat ik bij bijna al die lijstjes een vlotte tien op tien scoorde (in de negatieve zin wel te verstaan). Een korte bloemlezing uit de lijstjes:

  • met gestrekte arm in plaats van hoge elleboog trekken.
  • je arm helemaal laten neer ploffen in het water in plaats van je hand in het water te steken
  • direct als je arm in het water zit naar beneden beginnen te bewegen in plaats van eerste rustig wat te glijden
  • je hoofd te hoog of te diep in het water houden
  • te hard met je benen trappen
  • je lichaam plat op het water houden in plaats van wat mee te draaien rond de lengte as
  • je lichaam niet heel den tijd gestrekt houden

Al een chance dat er op het internet heel wat oefeningen te vinden zijn die op al die aspecten afzonderlijk werken. Na een maand of twee heb ik dan ook eens een privé-les crawl zwemmen genomen waar ik vooral heb leren ademen (ondanks we dit toch dagdagelijks doen blijk dit niet zo simpel te zijn al zwemmende) en heb geleerd om niet als een duracell-konijn met mijn benen te trappen maar enkel rustig mee wandelen (voor de technische zwemmers onder ons: niet 6-takt maar 2-takt zwemmen). Blijkt dat de benen vooral dienen om je stabiliteit in het water te verbeteren en niet om nog meer snelheid te halen.

Momenteel bestaad mijn zwemschema uit gemiddeld drie keer (soms is dit twee soms vier) per week gaan zwemmen. 2 keer tijdens de middag (wat korter) waar ik mij vooral op mijn techniek concentreer en 1 keer na het werken (waardoor ik langer kan zwemmen) waarbij ik puur op afstand zwem (zo ver mogelijk in en zo kort mogelijke tijd zonder te stoppen). De volgende stap is mijn oefeningen aanpassen zodat ik wat meer train op zwemmen in open water (aangezien je bij een triathlon meestal in een meer of zee zwemt). Dat is toch nog een vak apart, maar daar zal ik wel eens een andere keer uitgebreid over vertellen.

Zwemmen in een zwembad is plezant omdat je daar mooi de baantjes kunt tellen, de zichtbaarheid is veel beter dan in een meer, er hangt een klok, je moet geen schrik hebben dat ze je autosleutels of portefeuille pikken (je kent dat wel, op reis in de zee gaan zwemmen en altijd in de buurt van uwe rugzak moeten blijven om te zien of niemand met uw gerief gaat lopen, terwijl je je toch af en toe afvraagd, als er nu echt iemand met gaat lopen ben ik toch nooit op tijd uit dat water om de pikkendief bij z'n lurven te grijpen). Er zijn echter wel andere frustraties bij het zwemmen in een zwembad.

Ergernis nummer 1 is en blijft: bomma's in het zwembad. Er is zo een ongeschreven wet (als je een beetje je gezond verstand aanspreekt merk je het direct) die de baantjes onderverdeeld in stroken met verschillende snelheden. Je hebt het pleziermakers baantje (waar je wat kunt stoeien met je juist veroverde vriendin, je wat kunt rond-dobberen en kris-kras door elkaar kunt zwemmen). Dan heb je de baantjes voor de recreatieve zwemmers, de snellere schoolslag zwemmers, de crawl zwemmers, de snelle crawl zwemmers en dan heb je die van de zwemclub. Je merkt zelf normaal gezien snel of je in een te traag baantje zwemt of in een te snel. Als je constant met je arm in iemands xxxxx tast wil dit zeggen dat je in een te traag baantje zwemt. Als je zelf continu in je xxxxx wordt getast vind ik het een logische reactie om in een trager baantje te zwemmen. Bomma's bezitten die logica duidelijk niet. Er zijn altijd bomma's die met hun zinkslag in het baantje bij de snellere crawlzwemmers rond-dobberen. Ondanks op den duur iedereen extra dicht tegen het vehicel begint te zwemmen en ondanks al de veelzeggende blikken van de zwemmers richting het opstakel (hoor de ergernis opkomen terwijl ik dit neer schrijf) blijven ze ongestoord verder gaan. Het toppunt wordt bereikt als ze daarenboven nog eens een plankje bovenhalen om zo nog trager en storender de overkant te bereiken...

De tweede frustratie zijn de 14-jarig meisjes van de zwemclubs. Zelf denk je tegen een redelijke snelheid door het water te klieven (ok, je wordt wel ingehaald door van die grote gespierde volledig afgetrainde mannen, maar dat is normaal) en dan komt er ineens een 14-jarig meisje voorbij gecruzed in het baantje naast u (die van de zwemclub). En dan tussen hun drills door staan zij lekker te giechelen alsof het iets van niks is terwijl ik darth-vader gewijs aan de kant hang (wel degelijk hangen), happend naar adem van uitputting. Ok, zij zijn van de nationale en provinciale selectie, ok zij doen dit al veel langer dan ik. Maar ik ben wel een man, veel ouder en (geloof het of niet) volgens mij toch een beetje gespierder. Mij zo vernederen...

Eindigend met deze therapeutische sesie (schrijven helpt zeggen ze toch), wil ik toch nog eens even trots herhalen dat ik wel degelijk drie kilometer heb gezwommen de woensdag...

dinsdag 13 mei 2008

Motivatie

Hoe komt een mens er nu op om mee te doen aan een triathlon. Ik heb altijd al graag en véél gesport. Ik ben ook altijd wel te vinden voor een sportieve uitdaging. Zo heb ik in het verleden reeds enkele fietstochten gedaan die de moeite waren (gaande van de Mt. Ventoux tot de volledige Ronde van Vlaanderen en Tillf-Bastogne-Tillf). Heb ik eens de dodentocht uitgewandeld (een marteltocht van 100km) en heb ik eens meegedaan aan de marathon van Antwerpen. Om dus niet onder te doen voor de vorige uitdagingen was de triathlon de logische volgende stap. Dat leek mij echter toch een stapje te ver, vandaar dat dit plan ondertussen opgeborgen was (ook al omdat ik nog geen ervaring had met dat zwemmen). Op een avond was het echter de film 'to walk again' van Marc Herremans op den televies. Hierin zijn tal van beelden te zien waarin hij (en enkele andere triatleten) zwaar zijn aan het afzien. Vol bewondering bij het zien van de beelden sprong plots mij reeds opgeborgen idee terug naar boven. Eve (mijn vriendin) zag de pretlichtjes in mijn ogen fonkelen en wist al hoe laat het was...

Ik zat echter nog wel met een probleem: ik was namelijk vollop aan het revalideren van een knie operatie. Dit heeft ervoor gezorgd (en ook omdat ik mijn snowboard verloven niet wou hypothekeren) dat ik pas ergens in april ben begonnen met lopen en fietsen. Het enige wat ik tot dan had gedaan was baantjes zwemmen in de Wezenberg. Dit is zowat kort beschreven wat ik tot hiertoe allemaal heb gedaan. Vanaf nu hoop ik jullie op regelmatige basis te informeren over mijn dagdagelijkse inspanningen met betrekking tot de triathlon in Almere (die eind Augustus plaats vindt).

woensdag 7 mei 2008

Tri-watte?


Een triathlon bestaat zoals de naam reeds voorspelt (afgeleid van het latijns of grieks, ik wil het kwijt zijn, tri wat vrij vertaald drie wil zeggen) uit drie sporten namelijk zwemmen, fietsen en lopen. Deze worden normaal gezien in deze volgorde uitgevoerd (al is het vroeger anders geweest, toen eindigde ze met zwemmen maar dit wou wel eens mis lopen doordat er regelmatig iemand verdronk van vermoeidheid, eindigen met lopen is veiliger aangezien met je hoofd op de tarmak plavijen het ergste is dat kan gebeuren).

Het ontstaan van de triathlon is (zoals volgens mij héél wat zaken zijn begonnen) terug te brengen tot een filosofische discussie gehouden in de 'cucaracha', een lokale pub op Hawaii. Tijdens het nuttigen van een frisse pint, vroegen enkele vrienden zich af welk van de drie wedstrijden gehouden op Hawai nu het meest uitputtend voor het uithoudingsvermogen zou zijn. De drie wedstrijden in kwestie:
  • De 'Waikiki rough' zwem wedstrijd (3,8 km)
  • De wielerwedstrijd van Dahn (180 km)
  • De marathon van Honolulu (42 km en een klets)
Uiteraard (na uren discussiëren en ettelijke liters bier), bleek dat deze drie sporten zich niet lieten vergelijken. Daarom hebben ze maar besloten om ze alledrie samen te voegen en er één wedstrijd van te maken. Zo werd op 18 februari 1978 de eerste triathlon (die de Hawaii Ironman werd genoemd) gehouden.

Voordat ik al te ver afwijk van de feiten (en teveel in de plaatselijke 'urban-myths' verzeild geraak) wil ik nog meegeven dat je ondertussen triathlons hebt in allerlei soorten en maten. De bekenste zijn: de kwart triathlon (1000m zwemmen, 40km fietsen en 10 km lopen), de halve triathlon (1900m zwemmen, 90km zwemmen en 21.1 km lopen) en ten slotte dus de enige echte triathlon die 3.8 km zwemmen inhoud gevolgd door 180km fietsen en 42.2 km lopen (een marathon dus).

Ten slotte toch nog een kleine voetnoot, omdat we er als belg nu éénmaal fier op moeten zijn: het wereld record voor de volledige triathlon staat nog steeds (sinds 1996) op naam van Luc van Lierde. Hij deed er welgeteld 7 uur 50 minuten en 27 seconden over. Ik wil nu al aangeven dat dit niet mijn streeftijd is!!!!